Internationale militaire organisaties in Nederland

Onder andere NAVO, Verenigde Staten en Duitsland.

Leeswijzer

Reeksen toegewezen aan Defensie (NL-legerplaten) staan in het sidecode-overzicht.

Overzicht

Dit betreffen speciale series welke meestal niet voldoen aan de sidecode-indeling. Officieel is hier geen sprake van een "kenteken op een kentekenplaat", maar een "registratieteken op een registratieplaat".

Generieke codering: X staat voor een letterpositie en 9 voor een cijferpositie.

AFCENT - AFC/AF
info
NAVO dienstvoertuig - RC
info
US Army (niet-NAVO)
info
BFG - N/DF
info
DSN - D
info

AFC 9999

4 cijfers, vanaf '67

AFC 99999

5 cijfers, tot '92

CD-A-99

AFCENT-personeel met
diplomatieke status, tot '92

AF-XX-99

Sidecode 5, 1992-1999

AF-XX-99

Sidecode 5, 2000-2002

RC 9

1 = Opperbevelhebber

RC 99

2 cijfers

RC 999

3 cijfers

RC 9999

4 cijfers, 1967 tot 1998

RC 9

1 cijfer

RC 9999

4 cijfers, 1998 tot 2000

RC-9

1 = Opperbevelhebber

RC-99

2 cijfers

RC-99-99

Sidecode 1, vanaf 2000

XX9999

Ster i.p.v. streepje, voor '05

CX99-99

Soms met ster en streepje

NA99XX

XX = Legerplaats

NA-99-XX

XX = Legerplaats

99SC99

SC=Schinnen

99SC-99

2005-2019

SC-999-X

Sidecode 9, vanaf 2019,
geen landaanduiding

XX 99 N

2 cijfers, vanaf 1960

XX 999 N

3 cijfers, vanaf 1975

MB 999 N

Belastingserie met 3 cijfers

MB 9999 N

Belastingserie met 4 cijfers

XX 999 N

Uitvoering met euroband

DF XX 999

Nieuwste variant

XX 99 D

2 cijfers, vanaf 1963

MB 99 D

Belastingserie met 2 cijfers
tot 1998

MB 999 D

Belastingserie met 3 cijfers
vanaf 1998

XX 99 D

Uitvoering met euroband

NAVO - privévoertuigen van buitenlands personeel

Afgifte startte in 1967 toen het militaire NAVO-hoofdkwartier AFCENT verhuisde van het Franse Fontainebleau naar Brunssum in Nederland. AFCENT staat voor Allied Forces Central Europe.

AFC- en later AF-registratietekens werden toegekend aan privévoertuigen van buitenlands AFCENT-personeel zonder diplomatieke status. Ze kennen geen (WAM-)verzekeringsplicht, geen Nederlandse APK en genieten onder voorwaarden belastingvrijstelling. Zo hoeft over maximaal twee privévoertuigen geen motorrijtuigenbelasting betaald te worden. Vanaf nummer drie is dat wel verschuldigd. Met het oog op verkeersveiligheid zijn verzekering en technische inspecties verplicht gesteld vanuit de NAVO zelf, maar dat wordt geheel in eigen beheer afgehandeld.

1967 - 1992

Registratietekens begonnen met AFC gevolgd door 4 of 5 cijfers en waren onderverdeeld in twee soorten: (1)

Het oorspronkelijke idee van de NAVO lijkt te zijn geweest om de lettergroep AF te gebruiken, zodat de nummers zoveel mogelijk leken op reguliere Nederlandse kentekens. Daaruit spreekt al de filosofie (die later ook altijd gehanteerd zou worden) dat anoniem opgaan in de menigte voordelen biedt. AF kon echter niet omdat die combinatie destijds al door de RDW gereserveerd was voor normale afgifte binnen het sidecode-systeem. Het werd uiteindelijk dus AFC.

AFC-platen zijn in omloop geweest tot 16 april 1992. Eerder dat jaar waren er zorgen ontstaan over de grote herkenbaarheid van AFCENT-personeel aan de afwijkende nummerborden. Nederland was immers sinds 1978 overgestapt op gele kentekenplaten en donkerblauw werd daarmee steeds opvallender. Daarom werd besloten dat een vernieuwing noodzakelijk was zodat de voertuigen weer anoniemer in het verkeer opgingen.

1992 - 2002

Om de herkenbaarheidszorgen weg te nemen werd overgestapt op de standaard gele kentekenplaat (zonder blauwe EU-band) die Nederland sinds 1978 kende. Registratietekens kregen een andere vormgeving die qua indeling overeenkwam met kentekens uit sidecode 5. De eerste letters waren altijd AF. Dat kon omdat de RDW in september 1991, bij de introductie van sidecode 5, de beginletter A had overgeslagen voor normale Nederlandse kentekens.

De gebruikte nummers kwamen uit de serie AF-BB-01 t/m AF-ZZ-99, waarbij ook de letters M en W gebruikt werden. Voorbeelden zijn het registratienummer AF-MW-56 op een Amerikaans model kentekenplaat en AF-KM-44 op een lange plaat. Aan de letters in het tweede letterblok kon men het type kentekenplaat (lang, vierkant, motor, Amerikaans) en de voertuigsoort afleiden. De exacte onderverdeling is echter onbekend. Dit komt doordat het NAVO registratie-archief rond 2010 op last van de Belastingdienst vernietigd is. Sindsdien mogen enkel nog gegevens bewaard worden over een rollende periode van maximaal 5 jaar terug. Daardoor is er van deze periode geen informatie bewaard gebleven over het systeem achter de letters. Wel zeker is dat wanneer de tweede lettergroep met een Z begon (AF-ZB-01 t/m AF-ZZ-99) motorrijtuigenbelasting verschuldigd was. (2)

Toen Nederland in 2000 overstapte op platen met een blauwe EU-band, ging AFCENT daar bewust in mee om onopvallend te blijven. Het is niet helemaal duidelijk of de oude gele variant er via een uitsterfbeleid uit ging of dat er sprake was van actieve omwisseling voor de Euro-variant.

Omdat er vanaf toen dus gebruikt gemaakt werd van standaard GAIK-kentekenplaten spreekt men sindsdien officieel van een "registratieteken op een kentekenplaat". Voorheen werd gesproken over "registratieplaat".

Bij verlies of diefstal van AF-platen kreeg de houder een nieuw nummer uitgereikt.

In het kader van wederom een anonimiseringsprogramma werd de uitgifte van AF-platen op 1 januari 2002 stopgezet. Dit naar aanleiding van de aanslagen van 11 september 2001. (3)

2002 - heden

Sinds 2002 worden privévoertuigen voorzien van registratietekens die het reguliere sidecodesysteem van de RDW volgen. Er is geen sprake meer van speciale lettercombinaties. De nummers worden afgegeven op standaard GAIK-kentekenplaten die voorzien zijn van een normale lamineercode. Zodoende zijn ze niet meer te onderscheiden van al het andere verkeer. (4)

Registratienummers zijn sinds die datum gebaseerd op gewone kentekens uit de op dat moment lopende sidecode en lettercombinatie. Op aanvraag van de commandant van de Vehicle Registation Office (VRO), plaatst de RDW het eerstvolgende nieuwe kenteken buiten de normale registratie door middel van code A-53 en stelt die vervolgens ter beschikking aan de VRO. De A-53 procedure is noodzakelijk om de reguliere registercontroles (APK, MRB en WAM) voor normale kentekens te kunnen omzeilen; want die zijn immers niet van toepassing op deze voertuigen. Deze registratienummers moeten elk jaar geherregistreerd worden in Brunssum zodat de VRO kan controleren of de wagen nog verzekerd is (geldige groene kaart via de NAVO) en aan de interne NAVO-eis tot technische inspectie voldoet.

Een voorbeeld van zo'n nummer was H-214-TD van 11 mei 2020. Dat lijkt een kenteken maar is in dienst geweest als registratieteken. De anonimiteit blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat de omliggende combinaties H-213-TD en H-215-TD doodnormale kentekens zijn; dus zonder code A-53. Aan de buitenkant verraadde niets dat nummer 214 anders dan anders was.

De NAVO houdt als internationale rechtsorganisatie zijn eigen "kentekenregister" bij zodat continuïteit van de organisatie onder alle omstandigheden gewaarborgd is. Afhankelijkheid van een nationaal/ landgebonden register wordt daarmee vermeden. De NAVO maakt gebruik van eigenschappen van het Nederlandse GAIK-systeem. Bijvoorbeeld om de afgegeven platen te administreren aan de hand van de lamineercode; exact zoals de RDW dat ook doet. Het helpt de NAVO hun registers zuiver te houden. Ook het systeem van duplicaatcodes is overgenomen uit GAIK. Bij verlies of diefstal wordt hetzelfde nummer opnieuw uitgereikt, voorzien van een ophoogcode.

Bij verlating van Nederland nadat de diensttijd beëindigd is moeten de platen ingeleverd worden. Binnen de huidige regelgeving kan de VRO dat echter niet bindend afdwingen. Zo mag men bijvoorbeeld legaal met de platen naar het thuisland rijden en aldaar het voertuig weer regulier aanmelden op het oorspronkelijke (buitenlandse) kenteken. De NL-platen vervolgens terugsturen naar Nederland wordt in de praktijk bijna niet gedaan.

Ook is er soms sprake van misbruik; bijvoorbeeld dat men in het thuisland blijft rijden met de verlopen Nederlandse NAVO-registratie. Daarmee wordt geprobeerd om onder verkeersboetes uit te komen en verplichtingen te ontduiken (APK, belasting, etc.). De Koninklijke Marechaussee is echter bevoegd om hun buitenlandse tegenhanger te verzoeken tot opsporing en inbeslagname van de misbruikte platen. De betrokkene kan dan in eigen land vervolgd worden.

Het komt voor dat buitenlands personeel na hun diensttijd besluit om langer, of zelfs permanent, in Nederland te blijven. Als zij daarbij willen blijven rijden met hun privévoertuigen kan een eenvoudige procedure doorlopen worden. Na melding van de VRO verwijdert de RDW simpelweg code A-53 van het registratienummer. Dat nummer wordt dan automatisch weer een regulier kenteken en opgenomen in het "normale" kentekenregister.

Deze procedure heeft vele voordelen voor alle betrokkenen. Voertuigeigenaren hoeven bijvoorbeeld geen nieuwe kentekenplaten te laten maken. De RDW kan op zijn beurt direct registercontroles doorvoeren op de nu wel geldende APK- en verzekeringsplicht. Ook is er meteen controle mogelijk op financiële verplichtingen, voor zover van toepassing. Bijvoorbeeld afdracht van BPM, importheffing, motorrijtuigenbelasting, etcetera.

Diplomatiek personeel

Van 1967 tot 1 februari 1991 is de serie CD-A in omloop geweest. Daarna werd overgestapt op CD in sidecode 3 (99-CD-99).

NAVO - dienstvoertuigen

NAVO dienstvoertuig - RC
Opperbevel
info
Bijzondere voertuigen
info
Categorie nog onbekend
info
Standaard nummerserie
info

RC 9

1967-1998

RC 9

1998-2000

RC-9

Vanaf 2000

RC 99

1967-1998

RC 99

1998-2000

RC-99

Vanaf 2000

RC 999

1967-1998

RC 999

1998-2000

RC-999

Vanaf 2000

RC 9999

1967-1998

RC 9999

1998-2000

RC-99-99

Vanaf 2000

Voertuigen met RC-registratietekens zijn dienstvoertuigen en behoren tot het NAVO-wagenpark in Brunssum*. RC staat voor Région Centrale en stamt nog uit de tijd dat de commandostructuur opgedeeld was in regio's. De benaming is Frans omdat het hoofdkwartier daar bij de oprichting gevestigd was. Op 15 maart 1967 verhuisde het hoofdkwartier naar Nederland.

RC-voertuigen kennen geen (WAM-)verzekeringsplicht en zijn daarnaast vrijgesteld van belastingen en APK. Omdat de NAVO verzekering en de technische staat van hun voertuigen wel belangrijk vindt wordt dat door hun zelf apart afgehandeld via hun eigen registers, controles en periodieke inspecties.

In tegenstelling tot de nummers van privévoertuigen van personeel vallen RC-nummers niet onder de A-53 regeling. Dat komt omdat ze niet uit de gewone RDW-kentekenreeksen komen. De RDW heeft de lettergroep RC namelijk uitgesloten van normale afgifte. RC wordt door de NAVO geadministreerd in een apart, eigen register.

Opvallend detail is dat bij verlies of diefstal van een RC-plaat er een duplicaat afgegeven wordt; precies zoals bij gewone Nederlandse kentekens. Toen een van de RC-31-00's verloren ging kreeg het nieuwe setje platen duplicaatcode 1 ingeslagen.

Dat RC-platen nooit onderdeel geweest zijn van anonimiseringsprogramma's komt omdat RC-voertuigen gewoon als militair voertuig herkenbaar mogen zijn.

*) Door de jaren heen is de naam van het hoofdkwartier enkele malen gewijzigd:

Eén cijfer: opperbevel

RC-platen met 1 cijfer (RC 1 t/m RC 4) zijn uiterst zeldzaam te zien. Ze behoren toe aan de opperbevelhebber en zijn directe ondergeschikten. Deze platen worden alleen gebruikt bij uitzonderlijke gelegenheden, waaronder ceremoniële kransleggingen en koninklijk bezoek. De opmaak wil nog wel eens verschillen:

RC-1

Streepje

RC 1

Spatie

RC1

Geen scheiding

Voor zover bekend zijn de gebruikers:

Deze dienstauto's beschikken ook over een CD-kenteken (i.v.m. diplomatieke immuniteit), maar in het normale verkeer rijden ze veelal met een onopvallend Nederlands schaduwkenteken rond.

Twee cijfers: bijzondere voertuigen

RC-platen met 2 cijfers kunnen bijzondere voertuigen betreffen, niet zijnde auto's, die de NAVO in eigen bezit heeft. Bijvoorbeeld een sneeuwschuiver, grasmaaier of traktor.

Drie cijfers

Van platen met 3 cijfers zijn nog geen details bekend.

Vier cijfers (sidecode 1)

Dit is de standaard nummerserie. Het eerste cijfer heeft soms een betekenis maar welke exact is nog niet duidelijk.

US Army in Nederland (niet-NAVO eenheden)

Bij de verhuizing van het militaire NAVO-hoofdkwartier AFCENT naar Nederland in 1967, kwam ook een Amerikaanse ondersteuningseenheid mee. Het 254th Base Support Battalion (BSB) moest net als de NAVO de oude locatie in Frankrijk verlaten en streek eveneens neer in Limburg. In 1969 werd de basis in Schinnen betrokken. Op 14 oktober 2005 vond een naamsverandering plaats. De BSB zou voortaan als USAG Schinnen (United States Army Garrison Schinnen) door het leven gaan.

BSB/USAG is een nationale eenheid van het Amerikaanse leger. Doelstelling is het ondersteunen van Amerikaanse NAVO-belangen, maar de eenheid zelf wordt niet door de NAVO aangestuurd. Stationering van Amerikaans legerpersoneel in Schinnen is rechtstreeks geregeld via een bilateraal verdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten. Op basis van dat verdrag hebben die het recht een eigen registratie bij te houden voor de dienstvoertuigen.

Als gevolg van bezuinigingen en herstructurering werd in 2011 besloten dat legerplaats Schinnen afgestoten moest worden. De eenheid ging zich vestigen op het al bestaande en strategisch beter gelegen NAVO-complex in Brunssum; beter bekend als JFCBS. Jaren van planning en verbouwing volgden, waarna eind 2019 de verhuizing plaatsvond. USAG Schinnen kwam te vervallen en de ondersteuningseenheid heet nu USAG Benelux.

Meer informatie over US Army-registratieplaten is gewenst. Neem contact op.
Additional information on US Army registration plates is appreciated. Please contact us.

Dienstvoertuigen

In Nederland gelegerde niet-NAVO eenheden van de Amerikaanse strijdkrachten voeren eigen registratieplaten voor hun dienstauto's. Deze worden afgegeven door het eigen voertuigregistratiebureau. Eerst gevestigd in Schinnen en later vanuit het nieuwe onderkomen in Brunssum.

Lange tijd hebben dienstvoertuigen registratietekens gehad die bestonden uit een 2-letterige groep beginnend met C of U, gevolgd door een ster als scheidingsteken en 4 cijfers. Ze zouden een soort "Nederlandse uitvoering" zijn geweest van de Amerikaanse legerkentekens. Cx- en Ux-registratieplaten kwamen echter al in 2012 nauwelijks meer voor en worden bij vervanging voorzien van SC-nummers. (4)

Wanneer SC-registratienummers voor het eerst ingevoerd zijn is niet helemaal duidelijk. Mogelijk is dat rond 2005 geweest. De letters staan voor de legerbasis: Schinnen Camp. Er zijn twee varianten:

SC-platen uit de periode 2005 tot 2019 zijn uitgegeven in 2 verschillende lettertypen: het GAIK-font uit 2000 en het lettertype wat tussen 1978 en 2000 de standaard was. Tot en met 2005 (eerste cijfergroep = 05) werd het oude font nog gebruikt. Vanaf 2006 ging men over op het GAIK-lettertype.

Platen van na 2000 kunnen voorzien zijn van een blauwe euroband. Daarbij moet opgemerkt worden dat er onder de gele sterrenkrans nooit een landaanduiding staat.

Voertuigen met NA-registratie

Als platen de lettergroep NA bevatten staat dat voor "Non Appropriated (Funds)". Een term die door de Amerikaanse overheid wordt gebruikt om de herkomst van financiering te onderscheiden. NAF zijn inkomsten die overheidsorganisaties zelf verdiend hebben, ingezet als aanvulling op de door belastingheffing verkregen budgetten die door de regering aan een overheidsorganisatie toegewezen zijn. (6)

NA-registraties werden (vanaf 1992?) gebruikt door vrijwilligersorganisaties (MWR) voor het welzijn van Amerikaans legerpersoneel in het buitenland. De opmaak bestond uit de lettergroep NA, twee cijfers en twee letters; gescheiden door tweemaal een ster (vroeger) of een streepje (huidig). De laatste twee letters duiden de legerplaats aan:

Van de basissen in Brunssum en Eygelshoven is bekend dat deze onder Schinnen (SH) vielen. Onbekend is of de andere US legerplaatsen, Ter Apel en Vriezenveen, ook een eigen afkorting hadden. Mogelijk vielen die onder Coevorden (CV).

Privévoertuigen

Privévoertuigen van Amerikaans legerpersoneel kregen tot 2010 of 2011 een kenteken toegekend uit de BN- of GN-serie; de reeks voor buitenlanders die tijdelijk in Nederland verblijven en gerechtigd zijn tot bepaalde belastingvrijstellingen. De Belastingdienst was verantwoordelijk voor het afgifteproces maar wilde hier vanaf voor buitenlandse militairen. Dit kwam door een aantal factoren waaronder de toename van het aantal privévoertuigen wat administratieve problemen met zich meebracht.

Om de administratie te stroomlijnen werd de Vehicle Registration Office (VRO) van de NAVO in Brunssum gevraagd dit voortaan op zich te nemen. Daarmee is de VRO verantwoordelijk geworden voor de registratie van vrijwel alle privévoertuigen van buitenlandse militairen in Nederland. Een bijkomend voordeel is dat het Amerikaanse personeel voortaan niet meer herkenbaar is aan BN- en GN-platen. De VRO wijst, net als aan NAVO-medewerkers, registratienummers toe die uit het lopende sidecode-systeem van de RDW komen.

BFG (British Forces Germany)

Dit zijn registratienummers voor privévoertuigen van Nederlandse militairen gelegerd in Duitsland die werkzaam zijn in BFG-verband. Deze voertuigen mogen alleen bestuurd worden door mensen die houder zijn van een NAVO-status en BFG-papieren. (7)

Deze privévoertuigen zijn vrijgesteld van de Duitse motorrijtuigenbelasting en zijn tevens vrijgesteld van het voeren van een Nederlands kenteken. Door die constructie hoeven Nederlandse militairen ook in Nederland geen motorrijtuigenbelasting te betalen wanneer zij in het buitenland werken. (10)

Registratienummers van het oude type beginnen met twee letters (oplopend), dan een nummer (oplopend) en eindigd met N. Er bestaat één speciale subserie: MB = Met Belasting.

Het nieuwe registratienummer begint met DF. Dat is in feite het "oude" registratienummer zonder de N aan het eind, op een nieuwe plaat. Bijvoorbeeld: EP 995 N => DF EP 995. (7)

De witte tekens op zwarte platen zijn gezien in 5 verschillende lettertypen.

Op de nieuwe platen beginnend met DF (in zwart op wit) komen in ieder geval 2 lettertypen voor: het Duitse "FE-schrift" en het nieuwe Belgische kentekenfont van 2010. (9)

De lamineercode van deze registratieplaten is als volgt samengesteld: [jaartal][DF][5-cijferig volgnummer]. Bijvoorbeeld: 2016DF00098 (foto).

DSN (Duitse Strijdkrachten in Nederland)

Zwarte platen met gele tekens betreffen registratienummers voor particuliere voertuigen van Duitse militairen en civiele diensten gelegerd in Nederland. Voor afgifte was de serie AB 01 tot en met ZZ 99 vastgesteld, welke altijd gevolgd werd door de letter D van Duitsland (AB 01 D t/m ZZ 99 D). Scheidingsstreepjes werden niet gebruikt. (8)

Voor de serieletters werd het hele alfabet gebruikt. Of de letter Q ook afgegeven werd is nog niet duidelijk. De O is in ieder geval gebruikt als volgletter, net als I, M, W en Y.

Er bestaat één speciale subserie. Motorrijtuigen waarvoor geen aanspraak op vrijstelling van motorrijtuigenbelasting bestond werden voorzien van een registratienummer beginnend met MB = Met Belasting. Origineel was daarvoor de serie MB 01 D t/m MB 99 D voorzien, maar dat werd later uitgebreid tot MB 999 D omdat er simpelweg meer nummers nodig waren.

DSN-platen hebben ongeveer bestaan tussen 1963 en 2005. Op de Nassau-Dietzkazerne (tot 1983 "Legerplaats Budel" geheten) waren tussen 23 april 1963 en 2 juni 2005 Duitse militairen gelegerd. Daarnaast had Duitsland ook eenheden, verbindingsofficieren en ondersteunend personeel gestationeerd op enkele andere plekken in Nederland.

Onder andere in: (8)

In die regio's konden DSN-platen ook dikwijls aangetroffen worden.

Bronnen, referenties en voetnoten

To top